World Languages

7th -

Professional Development

Image

woordsoorten oefenen

11
plays

13 questions

Show Answers
See Preview
  • 1. Multiple Choice
    1 minute
    5 pts

    Voor een zelfstandig naamwoord (zn) kun je een lidwoord of een bijvoeglijk naamwoord zetten. Voorbeeldzin: De hond heeft een lange staart.'

    De zin klopt maar de voorbeeldzin is fout.

    De zin klopt en de voorbeeldzin is goed.

    De zin is fout maar de voorbeeldzin klopt.

    De zin is fout en de voorbeeldzin is fout.

  • 2. Multiple Choice
    1 minute
    5 pts

    Een zelfstandig werkwoord is het belangrijkste werkwoord van de zin. Voorbeeldzin: In de zin 'De dierentuin is op woensdag geopend.' is 'woensdag' een zelfstandig werkwoord.

    De zin klopt maar in de voorbeeldzin is het foute woord gekozen.

    De zin klopt en in de voorbeeldzin is het goede woord gekozen.

    De zin is fout maar in de voorbeeldzin is het goede woord gekozen.

    De zin is fout en de voorbeeldzin is het foute woord gekozen.

  • 3. Multiple Choice
    30 seconds
    5 pts

    Die, dit, dat en 'deze', zijn aanwijsbare woorden. Voorbeeldzin: Als ik iets moet aanwijzen, vind ik dat moeilijk.

    De uitleg klopt maar de voorbeeldzin is fout.

    De uitleg klopt niet maar de voorbeeldzin is goed.

    De uitleg klopt en de voorbeeldzin is goed.

    De uitleg is fout en de voorbeeldzin is fout.

  • Answer choices
    Tags
    Answer choices
    Tags

    Explore all questions with a free account

    Already have an account?